Het was Valentijnsdag toen mijn telefoon ging, net voordat ik een uitvaart ging begeleiden. Ik aarzelde even, maar besloot toch op te nemen. Aan de lijn was een jonge vrouw genaamd Sofie. Ze vertelde dat haar moeder spoedig zou overlijden en dat ze graag wilde dat ik de uitvaart zou verzorgen. Ze vervolgde met: “Ik had je al uitgezocht voor mijn eigen afscheid, maar nu komt dat van mijn moeder onverwachts eerder.” Deze boodschap kwam hard binnen. Ik legde haar uit dat ik op dat moment een uitvaart moest begeleiden en vroeg of ik haar later kon terugbellen. Ze had hier alle begrip voor en ik wenste haar veel sterkte.
Na het afronden van de uitvaart nam ik rustig de tijd om Sofie terug te bellen. Ze vertelde me meteen dat haar moeder inmiddels was overleden. Ik vroeg naar het verhaal achter haar moeder en ook naar de eerdere opmerking van Sofie. Ze bleek zelf ongeneeslijk ziek te zijn. Het overlijden van haar moeder kwam als een grote schok; ze had een hersenbloeding gehad en was niet meer wakker geworden. Sofie was al van plan geweest om mij binnenkort te benaderen voor haar eigen uitvaart, niet wetende dat het lot dit voor haar moeder zou brengen.
Voorzichtig vertelde ik Sofie dat ik de volgende dag met vakantie zou gaan, maar dat ik een lieve collega had die klaarstond om haar te begeleiden. Ze vond dit gelukkig geen probleem, al voelde ik me toch ongemakkelijk omdat ik haar niet persoonlijk kon begeleiden.
Ik regelde de eerste zaken met Sofie en droeg het dossier vervolgens over aan mijn collega. Tijdens mijn vakantie hield ik regelmatig contact met haar via de app. Ik wilde graag zeker weten dat alles naar wens verliep. Gelukkig was er een goede klik tussen Sofie en mijn collega, wat een grote opluchting voor me was.
Na mijn vakantie sprak ik af met Sofie, dit keer ontmoetten we elkaar in het huis van haar moeder. Een vrolijke dame met een hoofddoek deed de deur open. Ze verontschuldigde zich direct voor de hoofddoek en zei lachend: “Ik wilde je niet meteen laten schrikken met mijn kale hoofd met plukjes haar, zo lelijk!” Toch voelde ik een knoop in mijn maag. Deze vrouw, nog in de bloei van haar leven, en toch was het overduidelijk dat haar einde nabij was.
Na een terugblik op de uitvaart van haar moeder, bespraken we haar eigen wensen. Ze zei: “Net nu ik al het geld van de wereld krijg, mag ik er niet van genieten.” Wat een wrange realiteit. Haar uitvaart moest een feestje worden, in het centrum van Haarlem, in een horecagelegenheid. Ze wilde vooral haar partner ontlasten, die moeite had met het accepteren van het toekomstige verlies. Dat kon ik me goed voorstellen.
We bespraken haar wensen en ik beloofde deze voor haar uit te werken. Bij het afscheid volgde een lange knuffel en ze zei: “Voorlopig ga ik nog niet hoor. Wanneer is je volgende vakantie? Dan plan ik het eromheen!” Wat een sterke, vrolijke vrouw. Ze had meteen een plekje in mijn hart veroverd.
Sinds deze ontmoeting hadden we wekelijks app-contact. Soms deelden we gekkigheden, soms bedacht Sofie weer iets nieuws voor haar afscheid. In juli vroeg ze me opnieuw langs te komen. Ze ging achteruit en wilde haar plannen concretiseren. Ik schrok toen ik haar zag; haar ziekte was duidelijk zichtbaar. Haar partner was er weer niet bij, hij kon deze gesprekken niet aan. Sofie vertelde dat haar broer alles zou regelen als zij er niet meer was. Ze kwam zelf bijna niet meer buiten en schaamde zich voor haar dikke gezicht, maar voor mij bleef ze nog steeds Sofie, en zo mooi! Toch was het duidelijk dat het snel ging. Bij het afscheid was er weer een lange omhelzing en ik zei: “Ik denk dat ik je niet meer zie.” Met tranen namen we afscheid van elkaar.
Sofie bleef nog een maand lang heen en weer gaan. Toen fotograaf Erwin Olaf overleed, stuurde ze me een app: “Jaaa, die kist wil ik ook en zeker het bloemstuk dat erop ligt!!” Dat zouden we regelen!
Wanneer ze voelde dat het slechter ging, stuurde ze me een berichtje: “Ben je nog in het land? Ik denk nog een paar weken... Maar ik vind het leven nog te leuk, dus ik geef niet op!” Ze wilde graag de as van haar moeder thuis hebben, dus ik beloofde deze voor haar op te halen en stuurde haar een machtigingsformulier. Ze beloofde het de volgende dag op te sturen. De volgende ochtend ging mijn telefoon en het was haar partner. Sofie was diezelfde nacht toch plotseling overleden.
Mijn hart brak.
Ik ontmoette haar partner, haar broer, haar vriendinnen en samen beleefden we een intense en mooie week rondom het afscheid van Sofie. Ze vertelden me hoe dol Sofie op mij was en ik vertelde hen dat dat gevoel wederzijds was. Tot in detail bereidden we haar afscheid voor. Ik haalde de as van haar moeder voor haar op, zodat deze met haar mee begraven kon worden. In het uitvaartcentrum zag ik haar voor de laatste keer. Ik kon mijn tranen niet bedwingen; ik was van haar gaan houden.
Haar afscheid was precies zoals ze het wilde: in een café, met lekker eten, drinken, muziek en mooie toespraken. Een Citroën DS reed haar naar haar laatste rustplaats. We gingen lopend, dwars door de stad, en ontregelden het verkeer. Een blazersensemble begeleidde de rouwstoet en trok heel wat aandacht. Twee meisjes bleven staan en vroegen me: “Mevrouw, is dit een beroemd iemand?” En ik antwoordde: “Nee, dat niet, maar wel de liefste persoon die ik ken.” Ze zeiden: “Wat is dit mooi, ik wil dit later ook.” Dat zou Sofie prachtig hebben gevonden.
Toen volgde het laatste afscheid, van Sofie en van iedereen om haar heen. Intens dankbaar, maar met een leeg gevoel, verliet ik de begraafplaats. Dag lieve Sofie. 4o Jaar.
Blog geschreven door: Marion Horvers